74
-
irregular, weak verb "kunnen" (modal verb)
Weak verb:
kunnen (modal verb)
Conjugation:
Irregular:
The OTT (Present) is conjugated with "a" in the 1st and 3rd person Singular. The trailing "t" in the 3rd person Singular os omitted.
The OVT (Past) is conjugated in all forms with "o".
The OVT (Past) is conjugated in all forms with "o".
Particularities:
-
Indicatief
OTT / Present
ik kan
jij kunt
hij kan
wij kunnen
jullie kunnen
zij kunnen
OVT / Past
ik kon
jij kon
hij kon
wij konden
jullie konden
zij konden
OTTT / Future I
ik zal kunnen
jij zult kunnen
hij zal kunnen
wij zullen kunnen
jullie zullen kunnen
zij zullen kunnen
VTT / Present Perfect
ik heb gekund
jij hebt gekund
hij heeft gekund
wij hebben gekund
jullie hebben gekund
zij hebben gekund
VVT / Past Perfect
ik had gekund
jij had gekund
hij had gekund
wij hadden gekund
jullie hadden gekund
zij hadden gekund
VTTT / Future II
ik zal gekund hebben
jij zult gekund hebben
hij zal gekund hebben
wij zullen gekund hebben
jullie zullen gekund hebben
zij zullen gekund hebben
Conditionalis
OVTT / Conditional I
ik zou kunnen
jij zou kunnen
hij zou kunnen
wij zouden kunnen
jullie zouden kunnen
zij zouden kunnen
VVTT / Conditional II
ik zou gekund hebben
jij zou gekund hebben
hij zou gekund hebben
wij zouden gekund hebben
jullie zouden gekund hebben
zij zouden gekund hebben
Imperatief
-
Deelwoord / Participle
Onvoltooid / Present Participle
kunnend
Voltooid / Past Participle
gekund
Zelfstandig naamwoord
het kunnen