17
-
'lezen' (starkes Verb), z => s, Regel XI, Beispielverb
Verbunregelmäßigkeiten, Übersicht
| Konjugation: | Regel XI: "z => s" Ersetzung (starkes Beispielverb "lezen") | |
| Anwendung: | - | der Verbstamm des Verbs endet auf den Konsonanten "z". Hier "lezen" => "le-z-en". |
| - | In den Singular I, II und III Formen des OTT (Präsens) und OVT (Präteritum), sowie im Imperatief wird der Konsonant "z" durch "s" ersetzt. | |
| - | Für das Beispielverb "lezen" kommen zusätzlich die Regeln e-a-e (#5a) und e-ee zur Anwendung. | |
| Beispielverb: | starkes Verb lezen und schwaches Verb reizen | |
Indicatief
OTT / Präsens
ik lees
jij leest
hij leest
wij lezen
jullie lezen
zij lezen
OVT / Präteritum
ik las
jij las
hij las
wij lazen
jullie lazen
zij lazen
OTTT / Futur I
ik zal lezen
jij zult lezen
hij zal lezen
wij zullen lezen
jullie zullen lezen
zij zullen lezen
VTT / Perfekt
ik heb gelezen
jij hebt gelezen
hij heeft gelezen
wij hebben gelezen
jullie hebben gelezen
zij hebben gelezen
VVT / Plusquamperfekt
ik had gelezen
jij had gelezen
hij had gelezen
wij hadden gelezen
jullie hadden gelezen
zij hadden gelezen
VTTT / Futur II
ik zal gelezen hebben
jij zult gelezen hebben
hij zal gelezen hebben
wij zullen gelezen hebben
jullie zullen gelezen hebben
zij zullen gelezen hebben
Conditionalis
OVTT / Konditional I
ik zou lezen
jij zou lezen
hij zou lezen
wij zouden lezen
jullie zouden lezen
zij zouden lezen
VVTT / Konditional II
ik zou gelezen hebben
jij zou gelezen hebben
hij zou gelezen hebben
wij zouden gelezen hebben
jullie zouden gelezen hebben
zij zouden gelezen hebben
Imperatief
lees / leest u
Deelwoord / Partizip
Onvoltooid / Partizip I
lezend
Voltooid / Partizip II
gelezen
Zelfstandig naamwoord
het lezen